Ben jij jarig?
Ben jij jarig?
Embedded Files
Theorie
Theorie
Woordenschat
Woordenschat
Stappen
Kijk naar de definitie of de foto.
Zeg het woord of de zin.
Klik op de kaart en controleer.
Klik op het pijltje voor de volgende kaart >.
dagen maanden
dagen maanden
Vraag en antwoord
Vraag en antwoord
Hoe oud ben jij?
Wat is je leeftijd?
Wanneer verjaar jij?
Wanneer ben jij jarig?
Wanneer ben jij geboren?
Wat is je geboortedatum?
Ik ben 30 jaar.
Mijn leeftijd is 30 jaar.
Ik verjaar op 28 februari.
Ik ben jarig op 28 februari.
Ik ben geboren op 28 februari 1993.
Mijn geboortedatum is 28 februari 1993.
Hoe oud is hij/zij?
Wat is zijn/haar leeftijd?
Wanneer verjaart hij/zij?
Wanneer is hij/zij jarig?
Wanneer is hij/zij geboren?
Wat is zijn/haar geboortedatum?
Hij/zij is 28 jaar.
Zijn/haar leeftijd is 28 jaar.
Hij/zij verjaart op 10 januari.
Hij/zij is jarig op 10 januari.
Hij/zij is geboren op 10 januari 1995.
Zijn/haar geboortedatum is 28 februari 1993.
Oefeningen
Oefeningen
Woordenschat
Woordenschat
Spreken
Spreken
Oefening 1
Oefening 1
Oefening 2
Oefening 2
Je bent jarig en je organiseert een feestje.
Je moet inkopen doen.
Denk na over wat je nodig hebt. Spreek met je buur en schrijf je boodschappenlijstje.
Je kan dit boodschappenlijstje downloaden.
Je bent jarig en je organiseert een feestje.
Je moet inkopen doen.
Denk na over wat je nodig hebt. Spreek met je buur en schrijf je boodschappenlijstje.
Je kan dit boodschappenlijstje downloaden.
Page updated
Google Sites
Report abuse